Spermavocht verhoogt de kans op conceptie

Er is een eiwit in spermavloeistof aangetroffen dat het vrouwelijke hormoonsysteem beïnvloedt en zo de kans op bevruchting vergroot.

De meeste dieren ovuleren volgens een intern schema: de menstruatiecyclus. De eicel rijpt ongeacht de seksuele activiteit van het vrouwtje. Hetzelfde gebeurt bij mensen, en dit maakt het mogelijk (bij gebrek aan betrouwbaardere anticonceptiemiddelen) om het eigen seksleven zo in te richten dat zwangerschap wordt voorkomen.

Maar bij sommige dieren (zoals konijnen en kamelen) kan de ovulatie worden versneld door seksueel contact. Lange tijd werd gedacht dat het signaal hierbij fysieke stimulatie van het vrouwelijke voortplantingsstelsel tijdens de paring was. In 1985 werd echter de hypothese geopperd dat zaadvloeistof zelf, zonder enige fysieke stimulatie, de rijping van de eicel kan versnellen. Een paar jaar geleden probeerden onderzoekers van de Universiteit van Saskatchewan (Canada) deze theorie te bevestigen. Ze injecteerden mannelijk zaadvocht in de achterpoten van vrouwelijke lama's, waarna de lama's daadwerkelijk begonnen te ovuleren.

De wetenschappers besteedden vervolgens bijna zeven jaar aan het zoeken naar het sleutelmolecuul in sperma dat zo effectief was in het beïnvloeden van de hormoonhuishouding van de vrouwtjes. Ze namen spermamonsters van lama's (die, net als kamelen, ovuleren tijdens de seks) en stieren (waarvan de vrouwtjes onafhankelijk van dergelijke "externe factoren" lijken te ovuleren). Het sperma werd gescheiden en de resterende vloeistof werd gefractioneerd met behulp van verschillende methoden, waaronder filtratie, verhitting en enzymvertering. Na elke poging werd het behandelde sperma (of liever gezegd, wat er nog van over was) in de vrouwtjes geïnjecteerd om te zien of het sleutelmolecuul was vernietigd.

Als gevolg hiervan, zo schrijven de onderzoekers in het tijdschrift PNAS, kregen ze een verrassend resultaat: in plaats van een onbekend eiwit hadden de wetenschappers de bekende zenuwgroeifactor (NGF) in handen. NGF werd begin jaren 80 al ontdekt in stierensperma. Maar toen wist niemand wat te doen met dit vreemde feit. Nu is het min of meer duidelijk waarom zaadvloeistof een eiwit bevat dat nodig is voor de vitale activiteit van neuronen. Volgens de onderzoekers konden ze NGF detecteren in het sperma van een breed scala aan diersoorten: paarden, konijnen, varkens en zelfs mensen. Bovendien had de zaadvloeistof een interspecieseffect: hengstensperma kon de ovulatie bij lama's versnellen, en lama'sperma kon de ovulatie bij muizen versnellen.

Bij sommige dieren (bijvoorbeeld koeien, die ovuleren volgens een interne cyclus) versnelde NGF de ovulatie niet. Maar in dit geval beïnvloedde het wel de snelheid van de vorming van ovariële follikels en stimuleerde het de ontwikkeling en werking van het corpus luteum – dat wil zeggen, het beïnvloedde nog steeds, zij het indirect, de processen van de menstruatiecyclus.

Met andere woorden, zaadvloeistof kan de kans op bevruchting op het niveau van het vrouwelijke hormoonstelsel aanzienlijk vergroten. Hiervoor moet de zenuwgroeifactor weliswaar de hogere delen van het zenuwstelsel bereiken en interacteren met de hypofyse en de hypothalamus, maar onderzoekers moeten de details van deze reis nog uitvogelen. De meest intrigerende vraag die wetenschappers zich in de nabije toekomst zullen stellen: hoe zit dit bij mensen? Kan frequente geslachtsgemeenschap het vrouwelijke voortplantingssysteem herconfigureren voor bevruchting, en moeten we de kwaliteit van mannelijk sperma nu ook beoordelen aan de hand van een indicator zoals de hoeveelheid van dit "zenuw"-eiwit?

[ 1 ], [ 2 ]