Aërobe lichaamsbeweging is het meest effectief in het bestrijden van obesitasgerelateerde ontstekingen

Nieuw onderzoek dat dit jaar op het Europees Congres over Obesitas (ECO) in Venetië (Italië, 12-15 mei) wordt gepresenteerd, onthult de ontstekingsremmende eigenschappen van matige tot intensieve aerobe oefeningen bij volwassenen die kampen met lichte ontstekingen als gevolg van obesitas. Het onderzoek toont tevens aan dat dit soort oefeningen een groot aantal stofwisselingsziekten, waaronder diabetes type 2 en atherosclerose (aderverkalking), kunnen helpen voorkomen.

Overmatige vetophoping in het vetweefsel leidt tot chronische, laaggradige ontstekingen, die worden gekenmerkt door chronisch verhoogde niveaus van schadelijke stoffen, de zogenaamde pro-inflammatoire cytokinen, die bijdragen aan de ontwikkeling van stofwisselingsziekten.

We weten dat lichaamsbeweging het risico op obesitasgerelateerde complicaties kan verminderen en dat nieuwe afslankmedicijnen zoals glucagon-like peptide-1 receptoragonisten (GLP-1 RA's), oorspronkelijk ontwikkeld voor diabetes, effectief zijn in het verminderen van obesitas en gerelateerde aandoeningen. In deze studie wilden we onderzoeken of de combinatie van lichaamsbeweging met GLP-1 RA's chronische laaggradige ontstekingen bij mensen met obesitas kon verminderen, een proces dat aan de basis ligt van veel chronische ziekten en leeftijdsgebonden aandoeningen.

Signe Torekov, hoofdauteur, professor, Universiteit van Kopenhagen in Denemarken

In de gerandomiseerde, dubbelblinde, placebogecontroleerde S-LITE-studie volgden 195 Deense volwassenen (gemiddelde leeftijd 42 jaar, 63% vrouwen) met obesitas (BMI 32-43 kg/m²) maar zonder voorgeschiedenis van diabetes een 8 weken durend caloriearm dieet (800 kcal/dag) en verloren ze ten minste 5% van hun lichaamsgewicht (gemiddeld verlies 13,1 kg).

Vervolgens werden de deelnemers willekeurig toegewezen aan een groep die een jaar lang placebo kreeg (normale activiteit plus placebo), lichaamsbeweging (minimaal 150/75 minuten matige/intensieve lichaamsbeweging per week, zoals aanbevolen door de WHO, plus placebo), liraglutide (3 mg/dag plus normale activiteit) of een combinatie van lichaamsbeweging en liraglutide om gewichtsverlies te behouden.

Deelnemers dienden zichzelf dagelijks (afhankelijk van de groep) een placebo of liraglutide toe.

Het trainingsprogramma bestond uit twee begeleide sessies per week, voornamelijk fietsen met hoge intensiteit (gemeten aan de hand van de hartslag). De deelnemers werden aangemoedigd om twee individuele sessies per week te voltooien om minimaal 150 minuten activiteit per week te bereiken.

Er werden bloedmonsters verzameld vóór en na het caloriearme dieet en na een behandelperiode van een jaar om veranderingen te meten in bekende chronische ontstekingsfactoren - ontstekingscytokinen zoals interleukinen (IL-2, IL-6, IL-8, IL-10, IFN-γ) en tumornecrosefactor alfa (TNF-α).

Na één jaar waren de patiënten in de liraglutidegroep gemiddeld 0,7 kg extra afgevallen; de patiënten in de oefengroep waren gemiddeld 2,0 kg aangekomen; en de patiënten in de placebogroep waren ongeveer de helft van het verloren gewicht (6,1 kg) weer aangekomen. De patiënten in de oefen- en liraglutidegroep waren echter gemiddeld 3,4 kg afgevallen.

Veranderingen in ontstekingsmarkers. Na het caloriearme dieet stegen de TNF-α-waarden met gemiddeld 8,4% en de IL-10-waarden met 11,7%. De resterende cytokinen vertoonden geen significante veranderingen na de dieetinterventie. TNF-α wordt geassocieerd met apoptose (celdood), en de auteurs suggereren dat snel gewichtsverlies leidt tot een tijdelijke toename van TNF-α als marker voor stress.

Aan het einde van de interventieperiode van een jaar had de oefengroep de IL-6-waarden gemiddeld met 31,9% verlaagd, en met 18,9% vergeleken met placebo. Chronisch verhoogde IL-6-waarden worden geassocieerd met hart- en vaatziekten zoals atherosclerose en insulineresistentie. De oefengroep verlaagde ook de IFN-γ-waarden met gemiddeld 36,6%, en met 37,2% vergeleken met placebo. IFN-γ wordt geassocieerd met insulineresistentie bij obesitas.

De liraglutide- en combinatiegroepen verlaagden de IL-6-waarden met gemiddeld 17,3% respectievelijk 19,9% gedurende de interventieperiode, maar er waren geen significante verschillen ten opzichte van placebo. Er waren echter geen veranderingen in de IFN-γ-waarden in de placebo-, liraglutide- of combinatiegroepen.

Er werden geen significante verschillen waargenomen tussen de groepen in de plasmaconcentraties van IL-2, IL-8, IL-10 en TNF-α.

"Onze resultaten tonen aan dat bewegen zoals aanbevolen de meest effectieve strategie is om chronische laaggradige ontstekingen te verminderen", aldus professor Torekov. "Behandeling met liraglutide verminderde de ontsteking niet meer dan placebo, en het toevoegen van liraglutide aan bewegen verminderde de ontsteking niet verder. Deze resultaten benadrukken de voordelen van matige tot intensieve beweging bij het verminderen van laaggradige ontstekingen bij obesitas, wat kan helpen bij het voorkomen van gerelateerde stofwisselingsziekten."

Het uitvalpercentage was laag. Na één jaar voltooiden 41 van de 49 gerandomiseerde patiënten in de liraglutidegroep, 40 van de 48 patiënten in de oefengroep, 45 van de 49 patiënten in de combinatiegroep en 40 van de 49 patiënten in de placebogroep de studie.