Een nanosensor in het menselijk lichaam "piept" bij het begin van een ziekte

Diagnostiek is een belangrijk punt in de geneeskunde, omdat de effectiviteit van de behandeling grotendeels afhangt van het stadium waarin de behandeling wordt gestart. Diagnostische methoden krijgen speciale aandacht van wetenschappers, maar het grootste probleem is altijd geweest dat de ziekte in sommige gevallen in de beginfase asymptomatisch is en dat tegen de tijd dat de eerste tekenen van de ziekte zich openbaren, de behandeling wordt gecompliceerd door de onomkeerbare processen die al zijn begonnen.

Zelfs kanker is in een vroeg stadium gemakkelijker te behandelen. Zo wordt alvleesklierkanker meestal pas in een laat stadium ontdekt, wanneer uitzaaiingen andere organen of het lymfestelsel al hebben aangetast. De ziekte veroorzaakt in het begin geen symptomen, waardoor deze vorm van kanker een extreem lage overlevingskans heeft.

In dit verband besloten wetenschappers een geheel nieuwe methode te ontwikkelen voor de diagnose van welke ziekte dan ook, inclusief kankergezwellen van welke lokalisatie dan ook en in de beginfase van hun ontwikkeling.

De technologie bestaat uit nanosensoren die in het menselijk lichaam worden geïmplanteerd en informatie over de toestand van alle organen en systemen naar een computer sturen.

Thomas Webster, een van de ontwikkelaars van de innovatieve diagnostische methode, merkte op dat hij en zijn collega's proberen sensoren te creëren die lijken op de natuurlijke cellen van het lichaam. In de toekomst zullen dergelijke nanosensoren in immuuncellen worden geïmplanteerd en door het hele lichaam circuleren. Als zich een pathologie in het lichaam ontwikkelt, zullen de nanosensoren het probleem signaleren. Bovendien zullen micro-organismen die op het implantaat terechtkomen (bacteriën, virussen, schimmels) helpen bij het bepalen van de aard en het stadium van de ziekte. Deze methode stelt artsen in staat een effectieve behandeling voor te schrijven zonder de patiënt te hoeven onderzoeken of andere diagnostische methoden te gebruiken (echografie, röntgenfoto's, biopsieën, enz.).

Momenteel testen experts de technologie door nanosensoren te implanteren in titanium onderdelen van katheters en dijen.

Deskundigen meldden dat nanosensoren gemaakt zijn van koolstofbuisjes en geen gevaar vormen voor de menselijke gezondheid. Dergelijke sensoren sturen signalen naar een extern apparaat, waardoor de arts volledige informatie over de gezondheid van de patiënt kan ontvangen en snel kan reageren op bepaalde pathologieën.

Met behulp van moleculaire diagnostiek en nanodeeltjes kunnen we vrijwel iedere ziekte al in het beginstadium identificeren. Deze techniek biedt in de toekomst grote perspectieven.

Wetenschappers hopen vooral dat ze met deze methode kanker kunnen opsporen in een vroeg stadium van zijn ontwikkeling, wanneer de tumor nog niet de tijd heeft gehad om het hele orgaan aan te tasten en zich naar andere organen te verspreiden.

Nanotechnologie krijgt momenteel speciale aandacht van wetenschappers. Zo wordt er momenteel gewerkt aan het stimuleren van de groei van zenuwcellen met behulp van nanodeeltjes. Experts stellen dat dit patiënten met ruggenmerg- of hersenschade kan helpen herstellen. Nanocellen in de vorm van een speciale gelachtige substantie vullen de ontstane ruimte tussen zenuwcellen op en stimuleren hun groei (momenteel wordt een vergelijkbare methode getest op proefdieren).