Dromen wordt in verband gebracht met verbeterde geheugenconsolidatie en emotieregulatie

Een nacht dromen kan je helpen het alledaagse te vergeten en de extremen beter te verwerken, volgens een nieuwe studie van de Universiteit van Californië in Irvine. Het nieuwe onderzoek van onderzoekers van het UC Irvine Sleep and Cognition Lab onderzocht hoe droomherinneringen en stemming de geheugenconsolidatie en emotieregulatie de volgende dag beïnvloeden.

De bevindingen, onlangs gepubliceerd in het tijdschrift Scientific Reports, suggereren een afweging waarbij emotioneel geladen herinneringen voorrang krijgen, maar de ernst ervan wordt verminderd.

"We ontdekten dat mensen die aangeven dat ze dromen, emotionele herinneringen beter kunnen verwerken. Dit suggereert dat dromen ons helpen bij het verwerken van emotionele ervaringen", aldus Sarah Mednick, hoofdauteur van het onderzoek en hoogleraar cognitiewetenschappen aan de UC Irvine en directeur van het laboratorium.

"Dit is belangrijk omdat we weten dat dromen onze wakkere ervaringen kunnen weerspiegelen. Dit is echter het eerste bewijs dat dromen een actieve rol spelen bij het veranderen van onze reacties op wakkere ervaringen, door negatieve herinneringen voorrang te geven boven neutrale herinneringen en onze emotionele reactiviteit de volgende dag te verminderen."

Hoofdauteur Jing Zhang, die in 2023 haar doctoraat in de cognitiewetenschappen behaalde aan de UC Irvine en momenteel postdoctoraal onderzoeker is aan de Harvard Medical School, voegde hieraan toe: "Ons werk levert het eerste empirische bewijs voor de actieve betrokkenheid van dromen bij slaapafhankelijke verwerking van emotioneel geheugen. Dit suggereert dat dromen na een emotionele ervaring ons kan helpen ons de volgende ochtend beter te voelen."

Aan het onderzoek deden 125 vrouwen mee – 75 via Zoom en 50 in het Sleep and Cognition Lab – die in de dertig waren en deel uitmaakten van een groter onderzoeksproject naar de effecten van de menstruatiecyclus op de slaap.

Elke sessie begon om 19:30 uur voor proefpersonen. De proefpersonen kregen een taak met emotionele beelden voorgeschoteld. Hierbij bekeken ze een serie afbeeldingen van negatieve en neutrale situaties (bijvoorbeeld een auto-ongeluk of een grasveld). Ze moesten op een schaal van negen punten aangeven hoe intens de gevoelens waren die ze opriepen.

De deelnemers voltooiden vervolgens direct dezelfde test met nieuwe afbeeldingen en slechts een deel van de eerder bekeken afbeeldingen. Naast het beoordelen van hun emotionele reacties moesten de vrouwen ook aangeven of elke afbeelding oud of nieuw was, wat de onderzoekers hielp een basislijn te ontwikkelen voor zowel hun geheugen als hun emotionele reacties.

De proefpersonen gingen vervolgens thuis of in een van de privékamers van het slaaplaboratorium slapen. Ze droegen allemaal een ring die hun slaap-waakpatroon registreerde. Toen ze de volgende dag wakker werden, beoordeelden ze of ze de nacht ervoor hadden gedroomd en zo ja, noteerden ze droomdetails en hun algehele stemming in een slaapdagboek, op een zevenpuntsschaal van extreem negatief tot extreem positief.

Studieprotocol. Om 20.00 uur leerden de deelnemers beelden uit een EPT-taak (emotionele beeldtaak) uit hun hoofd en ondergingen vervolgens direct een test. De deelnemers sliepen vervolgens thuis of in het lab, afhankelijk van of ze op afstand of in persoon werden getest. Bij het ontwaken rapporteerden de deelnemers de aanwezigheid en inhoud van hun dromen en ondergingen ze een vertraagde EPT-test. Bron: Scientific Reports (2024). DOI: 10.1038/s41598-024-58170-z

Twee uur na het ontwaken herhaalden de vrouwen de tweede emotionele beeldtaak om hun herinnering aan de beelden en hun reacties erop te meten.

"In tegenstelling tot de typische slaapdagboekstudies, waarbij gegevens gedurende meerdere weken worden verzameld om te zien of ervaringen overdag in dromen voorkomen, hebben wij een onderzoek van één nacht uitgevoerd, waarbij de focus lag op emotioneel geladen materiaal. We onderzochten of het herinneren van dromen verband hield met veranderingen in het geheugen en emotionele reacties", aldus Zhang.

Deelnemers die dromen rapporteerden, herinnerden zich negatieve beelden beter en reageerden er minder op dan neutrale beelden, wat niet het geval was voor degenen die zich geen dromen herinnerden. Bovendien, hoe positiever de droom, hoe positiever de deelnemer negatieve beelden de volgende dag beoordeelde.

"Dit onderzoek geeft ons nieuwe inzichten in de actieve rol die dromen spelen in de manier waarop we onze dagelijkse ervaringen op natuurlijke wijze verwerken. Het kan leiden tot interventies die het dromen stimuleren en mensen helpen om te gaan met moeilijke levenssituaties", aldus Mednick.