Minder kindersterfte verlengt het leven van moeders

Uit een nieuw onderzoek blijkt dat een aanzienlijke daling van de kindersterfte in de 20e eeuw ervoor heeft gezorgd dat de levensverwachting van vrouwen met een heel jaar is toegenomen.

"Ik stelde me voor hoe de Amerikaanse moederpopulatie er in 1900 uitzag", aldus Matthew Zipple, doctoraalstudent in het Klarman Program in Neuroscience and Behavior aan de Faculteit der Kunsten en Wetenschappen en auteur van het artikel "Reducing Infant Mortality Extends Maternal Life", gepubliceerd in het tijdschrift Scientific Reports.

"Deze populatie bestond uit twee ongeveer even grote groepen: een groep moeders die hun kinderen hadden verloren en een groep moeders die dat niet hadden gedaan," zei Zipple. "Vergeleken met vandaag de dag, nu kinderverlies veel minder vaak voorkomt, vallen bijna al deze vrouwen die hun kinderen hadden verloren nu in de categorie niet-rouwend."

Verschillende studies tonen aan dat moeders een grotere kans hebben om te overlijden in de jaren na de dood van hun kind, aldus Zipple. Dit effect geldt niet voor vaders.

Met behulp van wiskundige modellen gebaseerd op gegevens van de Centers for Disease Control and Prevention (CDC) berekende hij hoe de afwezigheid van rouw de levensverwachting van moderne moeders in de Verenigde Staten beïnvloedt. Hij schatte dat het verminderen van moederlijk verdriet gemiddeld een jaar aan de levensverwachting van een vrouw toevoegt.

Als promovendus die de verbanden tussen de conditie van de moeder en haar nakomelingen onderzocht, ontdekte Zipple een patroon van moedersterfte na de dood van haar nakomelingen bij niet-primaten. Bij dieren werd dit effect verklaard doordat moeders een slechte gezondheid hadden en minder goed voor hun nakomelingen konden zorgen.

Maar bij mensen is dezelfde reeks gebeurtenissen – de dood van het nageslacht gevolgd door de dood van de moeder – anders geïnterpreteerd in studies met een menselijke focus. Epidemiologen en onderzoekers op het gebied van volksgezondheid concluderen daarentegen dat de fysieke en psychologische kosten van het trauma van het verlies van een kind de kans op overlijden van moeders vergroten.

In het artikel citeert Zipple verschillende studies die een causaal verband leggen tussen de dood van een kind en een verhoogd risico op moedersterfte. De grootste studie is een onderzoek onder moeders in IJsland over een periode van 200 jaar, waarbij verschillende niveaus van toegang tot gezondheidszorg en industrialisatie werden onderzocht. Er werd gecontroleerd op genetica door broers en zussen te vergelijken en daaruit bleek dat rouwende vaders in de jaren na de dood van hun kind niet vaker overlijden dan niet-rouwende vaders.

Een ander onderzoek in Zweden toont aan dat moeders een hoger risico lopen om te overlijden op en rond de sterfdag van hun kind dan op andere momenten. Volgens verschillende studies zijn hartaanvallen en zelfmoord veelvoorkomende doodsoorzaken bij rouwende moeders.

"Er is een enorme piek in het sterfterisico rond de week rond de verjaardag", zei Zipple. "Het is moeilijk om tot een andere conclusie te komen dan dat het wordt veroorzaakt door de herinnering aan de gebeurtenis."

De levensverwachting van vrouwen na hun 15e is tussen 1900 en 2000 met ongeveer 16 jaar toegenomen, zo ontdekte Zipple op basis van de CDC-gegevens die in het onderzoek werden gebruikt. Zijn berekening schrijft één jaar, oftewel ongeveer 6 procent, van die toename toe aan de significante daling van de kindersterfte in de 20e eeuw.

"Een van de meest gruwelijke dingen die je je kunt voorstellen, is het verliezen van een kind. En we hebben het aantal gevallen daarvan in onze gemeenschap met meer dan 95% kunnen verminderen. Dat is geweldig. Dat is iets om te vieren," zei Zipple.

"Het is gemakkelijk om de vooruitgang die in de loop van een eeuw plaatsvindt over het hoofd te zien, omdat deze verder reikt dan de levensduur van een individu. Maar deze toename van de algehele levensverwachting in de afgelopen 100 jaar heeft de levensomstandigheden en ervaringen van mensen verbeterd als nooit tevoren."

Prioriteiten voor de toekomst

Het onderzoek helpt ook bij het stellen van prioriteiten voor het verbeteren van de toekomst, aldus Zipple. Veel landen hebben tegenwoordig een kindersterftecijfer dat vergelijkbaar is met dat in de Verenigde Staten in 1900. Investeren in het terugdringen van kindersterfte overal ter wereld helpt niet alleen kinderen, maar hele gemeenschappen.

"Het kind is de kern van de gemeenschap", aldus Zipple. "Kinderen beschermen tegen sterfelijkheid heeft een positieve impact die begint bij de moeders, maar daar waarschijnlijk niet eindigt."