Slaaponderzoek toont aan dat de gewoonte om een 'uil' te zijn schadelijk kan zijn voor de geestelijke gezondheid

Avondmensen, houd je vast. Een nieuw onderzoek van Stanford Medicine heeft aangetoond dat het negeren van je natuurlijke neiging om tot in de vroege uurtjes op te blijven, negatieve gevolgen kan hebben voor je mentale gezondheid.

In een enquête onder bijna 75.000 volwassenen vergeleken onderzoekers de voorkeursslaaptijden van deelnemers, ook wel chronotypen genoemd, met hun daadwerkelijke slaapgedrag. Ze ontdekten dat iedereen, ongeacht hun voorkeursslaaptijd, beter af is als ze eerder naar bed gaan. Ochtendmensen en avondmensen hebben evenveel kans op mentale en gedragsproblemen als ze laat opblijven.

Uit een onderzoek gepubliceerd in het tijdschrift Psychiatry Research blijkt dat het raadzaam is om vóór 1 uur 's nachts de lichten uit te doen.

"We ontdekten dat je chronotype niet de doorslaggevende factor was, en dat laat opblijven zelfs niet goed was voor je geestelijke gezondheid", aldus Jamie Zeitzer, PhD, hoogleraar psychiatrie en gedragswetenschappen en hoofdauteur van de studie. "De grote vraag is waarom."

Renske Locke, PhD, postdoctoraal onderzoeker in psychiatrie en gedragsgezondheid, is de hoofdauteur van de studie.

Hoe slaap je 's nachts? De resultaten waren niet helemaal wat de onderzoekers verwachtten. Eerder onderzoek door het team van Zeitzer suggereerde dat vrouwen met kanker die tegen hun chronotype in sliepen, een kortere levensverwachting hadden.

"Er zijn veel gegevens die erop wijzen dat het erg belangrijk is om binnen je chronotype te leven", zei hij. "Dat was onze verwachting."

De onderzoekers besloten de chronotype-naleving te onderzoeken bij een grotere populatie. Ze bestudeerden volwassenen van middelbare leeftijd en ouderen in het Verenigd Koninkrijk die werden gevraagd naar hun slaappatroon, inclusief hun voorkeur voor ochtenden of avonden. Ze kregen draagbare accelerometers (in wezen geavanceerde activiteitsmeters, aldus Seitzer) toegestuurd om hun slaap zeven dagen lang te volgen.

De geestelijke gezondheid van de deelnemers werd beoordeeld aan de hand van hun medische dossiers. De onderzoekers namen alle psychische of gedragsstoornissen op die vermeld staan in de Internationale Classificatie van Ziekten.

Van de 73.880 deelnemers identificeerden 19.065 zichzelf als ochtendtype, 6.844 als avondtype en 47.979 als middentype.

Hun slaapgedrag werd voor de hele groep beoordeeld. De eerste 25 procent werd beschouwd als vroege slapers, de laatste 25 procent als late slapers en de middelste 50 procent als daartussenin. Het is logischer om slaapgedrag op deze manier te categoriseren, in plaats van op basis van specifieke tijdsintervallen, omdat verschillende populaties verschillende slaapnormen kunnen hebben, aldus Zeitzer. "Als we deze studie onder studenten zouden doen, zou 1 uur 's nachts uiteraard niet als laat worden beschouwd."

Het draait allemaal om timing. Toen de onderzoekers de data analyseerden, ontdekten ze tot hun verbazing dat chronotype-uitlijning niet de beste keuze was voor mentale gezondheid. Sterker nog, het was beter voor nachtbrakers om niet chronotype-uitlijning te hebben.

"Ik dacht: 'Laten we proberen dit te ontkrachten, want het slaat nergens op'", herinnert Seitzer zich. "We hebben zes maanden geprobeerd het te ontkrachten, maar het is ons niet gelukt."

De resultaten waren duidelijk: zowel ochtend- als avondmensen die laat naar bed gingen, hadden vaker last van psychische stoornissen, zoals depressie en angst.

"Het ergste scenario zijn mensen die 's avonds laat opblijven", aldus Zeitzer. Nachtbrakers die hun chronotype aanhielden, hadden 20 tot 40 procent meer kans op een psychische stoornis dan nachtbrakers die een vroeg of gemiddeld slaapschema aanhielden.

Avondmensen die een eerder schema volgden, voelden zich beter. Ochtendmensen die later naar bed gingen, hadden er last van, maar niet veel.

Leeuweriken die met de zon opstonden, hadden de beste geestelijke gezondheid van allemaal, en dat verbaasde niemand.

De onderzoekers ontdekten dat de duur van de slaap en de consistentie van de slaaptijd deze verschillen in geestelijke gezondheid niet konden verklaren.

Ze testten ook de mogelijkheid dat het een slechte geestelijke gezondheid was die ervoor zorgde dat mensen laat opbleven, in plaats van andersom. Ze volgden een subgroep deelnemers die nog geen eerdere diagnose van een psychische stoornis hadden, gedurende de volgende acht jaar. Gedurende die periode hadden de nachtbrakers die laat opbleven een grotere kans op psychische stoornissen.

Of gaat het om keuzes? Er zijn veel verklaringen mogelijk voor het verband tussen slaaptijd en mentaal welzijn, maar Zeitzer denkt dat het waarschijnlijker te maken heeft met de slechte beslissingen die mensen 's ochtends vroeg nemen.

Veel schadelijk gedrag vindt vaker 's nachts plaats, waaronder zelfmoordgedachten, geweldsmisdrijven, alcohol- en drugsgebruik en eetbuien.

Eén theorie, bekend als de 'geest na middernacht'-hypothese, stelt dat neurologische en fysiologische veranderingen laat op de avond kunnen bijdragen aan impulsiviteit, een negatieve stemming, een slecht oordeelsvermogen en meer risicogedrag.

Dit zou kunnen verklaren waarom zelfs 's avonds laat ochtendmensen een voordeel lijken te hebben: ze bevinden zich buiten hun comfortzone. "Als ik het moet raden, zijn ochtendmensen die tot laat opblijven zich ervan bewust dat hun hersenen niet goed werken, waardoor ze het nemen van slechte beslissingen uitstellen," aldus Zeitzer.

Ondertussen denkt de avondmens, die tot laat opblijft, 'Ik voel me geweldig. Dit is een geweldig besluit dat ik om drie uur 's nachts neem.'

Een andere verklaring zou kunnen zijn dat de sociale verhoudingen niet overeenkomen met het onderliggende chronotype.

"Er zijn 's avonds laat mogelijk minder sociale beperkingen omdat er minder mensen om je heen wakker zijn", aldus Zeitzer. Dit geldt vooral in landen zoals de VS en het VK, waar mensen 's avonds vaak meer geïsoleerd zijn. In mediterrane culturen, waar de nachten gezelliger zijn, kan wakker blijven zelfs goed zijn voor de geestelijke gezondheid.

Hoewel Zeitzer avondmensen adviseert om vóór 1 uur 's nachts naar bed te gaan, beseft hij dat dat makkelijker gezegd is dan gedaan. 's Ochtends zonlicht krijgen en elke dag van de week een eerder slaapschema aanhouden, kan je slaapgewoonten veranderen, maar het verandert je chronotype niet. "Vanuit biologisch oogpunt is het vergelijkbaar met een elastiekje: je neemt een dag vrij en je komt weer in de staat waarin je lichaam wil zijn," zei hij.

Zijn team wil onderzoeken of bepaald nachtelijk gedrag, en niet het tijdstip van de dag zelf, verband houdt met een slechte geestelijke gezondheid.

"Als je graag laat opblijft en je doet gewoon wat mensen normaal gesproken om 10 uur 's avonds doen, maar je doet het om 2 of 3 uur 's nachts - misschien is dat geen probleem," zei hij. Maar is daar wel plezier in?