De Amerikaanse pediatrische vereniging heeft borstvoeding voor HIV-positieve mensen goedgekeurd

Mensen met hiv kunnen hun baby's borstvoeding geven als ze medicijnen slikken die het virus dat aids veroorzaakt effectief onderdrukken. Dat heeft een toonaangevende Amerikaanse kinderartsenorganisatie maandag bekendgemaakt in een ingrijpende beleidswijziging.

Een nieuw rapport van de American Academy of Pediatrics (AAP) draait de aanbevelingen terug die van kracht waren sinds het begin van de hiv-epidemie in de jaren 80.

Volgens dr. Lisa Abuogi, kinder-hiv-expert aan de Universiteit van Colorado en hoofdauteur van het rapport, kan het regelmatig voorschrijven van medicijnen het risico op overdracht van hiv via de moedermelk terugbrengen tot minder dan 1%.

"Medicijnen zijn nu zo effectief en de voordelen voor moeder en kind zijn zo groot dat het belangrijk is om samen beslissingen te nemen", aldus Abuogi.

Antiretrovirale therapie (ART) elimineert niet alle risico's op hiv-overdracht via moedermelk. De enige betrouwbare manier om de verspreiding van het virus te voorkomen, is door geen borstvoeding te geven, aldus Abuogi.

Daarnaast is het belangrijk dat ouders hun baby de eerste zes maanden uitsluitend borstvoeding geven. Onderzoek toont namelijk aan dat de overgang van moedermelk naar flesvoeding de darmflora van de baby kan verstoren, waardoor het risico op een HIV-infectie toeneemt.

In de Verenigde Staten worden jaarlijks ongeveer 5000 mensen met hiv geboren. Bijna allemaal gebruiken ze medicijnen om het virus tot een zeer laag niveau te onderdrukken, aldus Abuogi, hoewel het virus wel kan toenemen als de medicatie niet wordt gevolgd.

Voordat de medicijnen ongeveer tien jaar geleden breed beschikbaar kwamen, vond ongeveer 30% van de hiv-overdrachten van moeder op baby plaats tijdens de borstvoeding, aldus dr. Lynn Moffensohn, consultant bij de Elizabeth Glaser Pediatric AIDS Foundation. Begin jaren negentig raakten in de Verenigde Staten jaarlijks ongeveer 2000 baby's besmet. Tegenwoordig zijn dat er minder dan 30.

De beleidswijziging van de AAP komt meer dan een jaar nadat de National Institutes of Health (NIH) en de Centers for Disease Control and Prevention (CDC) hun langlopende aanbevelingen tegen borstvoeding voor mensen met hiv hebben ingetrokken. Deze aanbevelingen stellen dat mensen met aanhoudende virale suppressie moeten worden voorgelicht over hun mogelijkheden. Ze benadrukken ook dat zorgverleners de kinderbescherming niet moeten waarschuwen als een ouder met hiv borstvoeding wil geven.

Het doel is om naar patiënten te luisteren "en hen niet de schuld te geven of te beschamen", aldus dr. Lynn Yee, hoogleraar verloskunde en gynaecologie aan de Northwestern University die meewerkte aan de ontwikkeling van de NIH-richtlijnen.

Borstvoeding biedt optimale voeding voor baby's en beschermt hen tegen ziekten en aandoeningen zoals obesitas en diabetes type 2, zo blijkt uit onderzoek. Borstvoeding vermindert ook het risico op borst- en eierstokkanker, diabetes en hoge bloeddruk bij de moeder.

Sinds 2010 adviseert de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) vrouwen met hiv in ontwikkelingslanden om hun baby's borstvoeding te geven en toegang te hebben tot antiretrovirale therapie. De richtlijnen hielden rekening met het risico op hiv-infectie via borstvoeding en het risico op kindersterfte door ondervoeding, diarree en longontsteking in omgevingen waar geen veilige vervangingsmiddelen voor moedermelk beschikbaar zijn.

In ontwikkelde landen raden deskundigen echter aan om geen borstvoeding te geven, omdat daar veilig water, flesvoeding en donormoedermelk overal verkrijgbaar zijn. Daarmee zou het risico op hiv-overdracht kunnen worden verkleind, aldus Yee.

Dit was frustrerend voor mensen met hiv, die duidelijk de mogelijkheid werd ontnomen om borstvoeding te geven.

CC Covin, 36, uit Philadelphia, zegt dat ze op 20-jarige leeftijd de diagnose hiv kreeg en dat ze haar eerste kind, Zion, die nu 13 is, niet mocht voeden.

"Ik kon niet begrijpen waarom mijn zus, die in Kenia woont en precies op mij lijkt en dezelfde huidskleur heeft, borstvoeding mocht geven, terwijl mij dat pertinent werd geweigerd," zei ze.

Het onvermogen om haar zoon borstvoeding te geven leidde tot een postnatale depressie bij Covin, zei ze. Toen ze zwanger werd van haar inmiddels 2-jarige dochter, Zuri, hielp haar medische team haar zeven maanden lang succesvol borstvoeding te geven. Covin nam haar medicijnen zoals voorgeschreven en gaf haar baby ook medicijnen om infecties te voorkomen.

" Moedermelk bevat alles wat mijn baby nodig heeft," zei Covin. "Het is iets geweldigs."

Volgens Abuogi bevat het AAP-rapport belangrijke aanbevelingen voor kinderartsen, verpleegkundigen en lactatiekundigen die rechtstreeks met kinderen en gezinnen werken.

Sommige zorgmedewerkers hielpen mensen die behandeld werden voor hiv al met het geven van borstvoeding, ondanks eerdere aanbevelingen. De nieuwe richtlijnen zouden deze praktijk moeten uitbreiden, in de hoop op snelle acceptatie, aldus Abuogi.

"Dit is een unieke situatie, want niet alleen artsen en zorgverleners veranderen", aldus Abuogi. "Onze patiënten zijn ook de drijvende kracht achter die verandering."